Op een fietstocht van uiteindelijk 4.500 km door de Verenigde Staten testten Bas van Oort en Lowie van Oers twee vakantiefietsen van Snel.

De STEEL RIDE 26 (voorheen Savanne) en de STEEL RIDE 28 (voorheen Safari).

 

De Steel Ride 26 is opgebouwd uit de volgende specificaties:

• Schwalbe Big Apple buitenbanden
• Rohloff versnellingsnaaf
• Magura HS 33 hydraulische velgremmen
• Shimano externe trapaslagers
• Topeak Bike Packing
• Topeak Journey Trailer
• Lezyne Hecto Drive & Strip Drive verlichting
• SQlab 711 MT-L handvatten
• Shimano PD-A530 pedalen
• Selle Italia S2 Gel Flow zadel
• Topeak Morph G pomp
• Snel plastic bidonnen

 

De Steel Ride 28 is opgebouwd uit de volgende specificaties 

• Continental Contact II buitenbanden
• Shimano LX derailleur versnellingssysteem
• Shimano XT hydraulische schijfremmen
• Shimano interne trapaslagers
• Ortlieb sport en rearroller Plus
• Contec HL400 & Axa Riff verlichting
• Ergon GP5-L handvatten
• Tecora Luxe Trekking pedalen
• Selle Bassano Nuvola zadel
• Lesyne Pressure Drive pomp
• Elite Syssa Aluminium bidonnen

 

De test

 

Algemene rij impressie

Het grootste verschil tussen de STEEL RIDE 26 en de STEEL RIDE 28 zit met name in het feit dat de ene een stuk sportiever aanvoelt (de 26) en de ander een meer klassieke vakantiefiets is (de 28). Om met de 26 te beginnen: vanwege het rechte stuur, het weglaten van een bagagedrager en spatborden en de robuuste ballonbanden, heb je soms bijna het gevoel dat je op een mountainbike aan het rijden bent. De sportieve uitstraling van de fiets werkt ook door op de berijder ervan. Je zit wat actiever en omdat de fiets heel basic is opgebouwd, hou je veel gevoel met de fiets.

De STEEL RIDE 28 is een echte klassieke vakantiefiets. Dat heeft veel voordelen, de fiets is stabiel en betrouwbaar, en dat geeft je als fietser veel rust. Wordt het terrein wat ruiger – en als je 4500 kilometer fietst kom je altijd wel eens door wat ruiger terrein – zit je op de STEEL RIDE 26 fijner. Die fiets geeft het gevoel wat meer klappen te kunnen opvangen. Op mooie asfaltwegen of goed onderhouden fietspaden is het comfort van de 28 daarentegen vrijwel ongeëvenaard.

Fiets je bergop, dan geldt ook dat de actievere houding op de 26 een voordeel is. Maar door de verschillende specificaties die later in deze test besproken worden, zijn de fietsen erg aan elkaar gewaagd.

 

Wielmaat

We hebben tijdens onze fietstocht weinig verschil gemerkt tussen de twee wielmaten, maar dat kan ook komen omdat de banden van de 26 een stuk groter waren dan die van de 28, waardoor de fietsen voor ons gevoel nauwelijks verschil hadden. Wat we wel uit ervaring kunnen aanraden: het is in Amerika een stuk makkelijker om aan 26-inch binnenbanden te komen dan aan 28-inch banden. Voor de 28-inch ben je vaak genoodzaakt om een beetje te improviseren met een tussenmaat.

Wat betreft de spaken: koop je je vakantiefiets nieuw, laat dan na zo’n 500 kilometer de spanning controleren. Dat hebben wij niet kunnen doen en daarom hadden we in de eerste twee weken af en toe last van losse spaken. Omdat het ter plekke lastig kan zijn om de spaken te spannen, zijn er bij de STEEL RIDE 28 in de eerste duizend kilometer een paar spaken gebroken. Een fietsenmaker in Chicago heeft uiteindelijk het achterwiel helemaal opnieuw gespaakt, om het zekere voor het onzekere te nemen. Dat bleek een goede keuze.

 

Buitenbanden

Voor de buitenbanden speelt de ondergrond een belangrijke rol. De Big Apple banden van Schwalbe kleven wat meer aan de ondergrond. Dat levert meer weerstand op de weg op, maar biedt veel voordeel op ondergrond die ruiger is. We hebben met enige regelmaat een bospad of gravelweg moeten nemen, en dan geven de Big Apple banden veel vertrouwen. Op asfalt zijn de Continental Contact II banden echter een betere keuze.

 

Versnellingssysteem

Misschien wel het grootste verschil tussen de twee fietsen die we bijna drie maanden lang hebben getest is het versnellingssysteem. De STEEL RIDE 28 is uitgerust met een Shimano LX derailleur. Dat zorgt voor een aantal pluspunten. Ten eerste: je hebt veel meer versnellingen dan bij een Rohloff systeem. Dat is met name fijn in de bergen, waarbij je heel stapsgewijs terug- of vooruit kunt schakelen. Die subtiliteit verhoogt het fietsplezier en –gemak. Gaat er iets kapot met een derailleur, kun je het makkelijker zelf maken. Iedereen kent het systeem, en het is een stuk toegankelijker dan Rohloff.

De ketting slijt wel sneller, en die hebben we na een kilometer of 3500 dan ook laten vervangen. Dat is meteen het grootste voordeel van een Rohloff systeem: het behoeft weinig onderhoud. De ketting is constant gesmeerd, loopt altijd recht, en gaat daarom dan ook een stuk langer mee. De tandwielen slijten veel minder snel en je schakelt nooit mis. Toch kent Rohloff ook een paar (kleine) nadelen. Het schakelen gebeurt minder subtiel, en je hebt minder versnellingen. Op het vlakke is dat geen probleem, maar in de bergen kan dat een nadeel zijn. Zo kun je tijdens het klimmen voor je gevoel net niet in de juiste versnelling zitten, en dan mis je de ruime mogelijkheden van de derailleur om net een tandje bij of terug te schakelen.

Het Rohloff systeem werkte uitstekend, maar we merkten onderweg wel dat het een minder bekend versnellingssysteem is. Er waren zelfs genoeg lokale fietsenmakers of –liefhebbers die het voor het eerst zagen. Als er iets mis is met het systeem, is het veel en veel moeilijker om het gemaakt te krijgen. Daarmee loop je dus een klein risico als je een lange fietstocht in een ver land gaat maken.

 

Remmen

Beide fietsen zijn uitgerust met hydraulische remmen, en dat heeft voor ons erg goed gewerkt. Het systeem gaat niet snel kapot, maar – net als bij Rohloff geldt ook hier – als het kapot gaat, is het niet zo makkelijk te repareren. Toch, als je veel kilometers maakt op een fietsreis, wil je geen kabels.

De STEEL RIDE 26 is uitgerust met Magura HS33 hydraulische velgremmen, en een groot voordeel is dat die veel makkelijker te stellen zijn dan schijfremmen. Klein nadeel is wel dat je er vaker mee bezig bent. Bij een schok moet je de remmen vaak zelf even opnieuw stellen, het wordt zelfs bijna dagelijkse routine. Voordeel is dan dus wel weer dat dat gemakkelijk gaat. Tip: gebruik je velgremmen, zorg dan wel dat je extra remblokjes meeneemt. Wij kwamen tijdens onze reis in Amerika geen fietsenwinkels tegen die dit type remblokjes op voorraad had.

De Shimano XT hydraulische schijfremmen zijn wat hoogdrempeliger in het instellen. Tijdens onze fietstocht kregen we op een gegeven moment te maken met een kromme schijf (heel licht gebogen) en dat kan je altijd overkomen. Dit konden we zelf niet oplossen, dat hebben we moeten laten doen bij een fietsenmaker onderweg. Voor de schijfremmen geldt wel: ze zijn ontzettend betrouwbaar.

 

Trapassen

Over de kwaliteit van trapaslagers is veel te doen. Als we op de meest gelezen websites kijken worden de externe trapaslagers als onbetrouwbaar beschreven. In de werkplaats van snel fietsen vestiging Den Haag zijn na de tocht de beide trapassen uit de fietsen gehaald en zeer kritisch bekeken.

De lagers van beide trapassen draaiden nog als nieuw. Er was geen speling of vaste punten in de lagers aanwezig.

De conclusie is, op een tocht als deze maakt het dus niet uit voor welk systeem er gekozen wordt.

Wel zijn we van mening dat elke fiets na een serieuze tocht ook serieus onderhoud nodig heeft. Gebeurt dit niet, dan is een trapas met externe lagers gevoeliger voor als een trapas met interne lagers.

 

Tassen

Op de STEEL RIDE 28 maakten we gebruik van Ortlieb tassen. Dit is de meest gebruikelijke manier om je bagage op een vakantiefiets te vervoeren, en dat is niet voor niets. De kwaliteit van de tassen is ontzettend hoog, ze zijn waterdicht, ruim qua inhoud en hebben een erg makkelijk hanteerbaar systeem. Je klikt ze zo om je bagagedrager, en met één handbeweging trek je ze daar weer van los. Wij maakten gebruik van twee kleinere voortassen, twee grotere achtertassen en een stuurtasje. Die laatste is erg handig om bijvoorbeeld waardevolle spullen in te bewaren, of je camera, die je zo altijd bij de hand hebt. Door middel van een handig kliksysteem kun je het stuurtasje altijd met je meenemen.

Het nadeel van een klassieke tassenset is dat het soms een beetje kan schudden. Je bent minder aerodynamisch en dus wat logger, en dat is precies het voordeel van de Topeak Bike Packing waarmee de STEEL RIDE 26 is uitgerust. Deze nieuwe manier van bagagevervoer zorgt ervoor dat de fiets en bagage meer één geheel worden. Het is een innovatief systeem, waarbij we een kokervormige tas onder het stuur hebben gemonteerd en een puntvormige tas onder het zadel. Als onderdeel van Bike Packing systemen zijn er ook nog frametassen, waardoor je je frame als het ware dichtmetselt met je bagage.

Maak je gebruik van een Bike Packing systeem, moet je echt licht bepakt zijn. Een volle kampeeruitrusting mee, inclusief kookgerei e.d. wordt een lastig verhaal, tenzij je gebruikt maakt van hi-tech outdoormateriaal.

De kokervormige stuurtas vonden we een wisselend succes. Tijdens het fietsen zakt de tas soms langzaam uit het lood, en dat kan afleiden. De tas onder het zadel, die als een soort spatbord boven je band uitsteekt, kan af en toe een beetje schudden, maar dat is alleen op momenten van bijvoorbeeld aanzetten op de fiets.

Voor de look: een Bike Packing systeem zorgt er wel voor dat de fiets meer een gehele wordt. Het is voor de sportievere fietser en ook beter geschikt voor kortere trips.

 

Trailer

Achter de STEEL RIDE 26 hing een Topeak Journey trailer. Normaalgesproken zouden we niet adviseren om én een packing systeem te gebruiken én een trailer, maar omdat wij – met name door fotoapparatuur – niet erg licht konden reizen, hebben we daar wel voor gekozen.

Een trailer is ideaal, omdat het je fiets een stuk lichter maakt en je het gewicht van de trailer bijna niet voelt. Via een handig kliksysteem is de trailer makkelijk aan de fiets te bevestigen, al moet daar wel bij worden gezegd dat het met tweer personen een stuk eenvoudiger gaat dan in je eentje. Dit omdat de fiets volledig recht moet staan wanneer je de trailer erop klikt.

De trailer heeft een draagvermogen van ruim dertig kilo, en wij hebben de trailer gebruikt in combinatie met een droogtas van Topeak met een inhoud van 65 liter. De tas is makkelijk te bevestigen, waterdicht, en door middel van een ritssluiting en kliksysteem goed af te sluiten.

Op een vlakke weg heb je niet eens door dat je met een trailer rijdt, maar bij veel klimmen en dalen merk je het wel. Omhoog wil de trailer nog wel eens een beetje trekken, en bij het dalen moet je wat voorzichtiger door de bocht dan normaal, vooral om geen risico te nemen. Qua fietsgemak: fiets je vooral vlakke stukken, dan is een trailer echt aan te raden ten opzichte van bagagevervoer op je fiets.

 

Batterijverlichting

De Lezyne Hecto Drive & Strip zijn klein en compact maar geven meer dan genoeg licht. Ze werken op een accu die je met een usb poort kunt opladen. Dat is erg handig, maar dat betekent wel dat je een oplaadpunt moet hebben. Ze zijn makkelijk te bevestigen, licht van gewicht en uiteindelijk hebben we ze maar een paar keer moeten opladen, maar dat komt ook omdat we vrijwel uitsluitend bij daglicht hebben gefietst.

De verlichting op de STEEL RIDE 28 is wat geavanceerder. Zowel de Contec HL380 als de Axa Riff zijn met batterijen uitgevoerd. Deze kan je overal vervangen als de lichtopbrengst gaat afnemen. Beide lampen zijn op een vaste manier gemonteerd op de fiets. De koplamp is er makkelijk af te halen zodat je deze prima als zaklantaarn kan gebruiken. De bediening geschiedt automatisch, en dat zorgt voor extra veiligheid. Zo blijft de lamp nog tot vier minuten aanstaan als je fiets stilstaat, om ook dan zichtbaar te zijn voor ander verkeer. Die technologie zorgt ervoor dat we eigenlijk geen moment echt hebben nagedacht over de verlichting.

 

Handvatten

In de twee verschillende sturen en bijbehorende handvatten zat redelijk veel verschil. De SQlab 711 MT, gemonteerd op de STEEL RIDE 26, is comfortabel maar basic. Omdat de Ergon GP5-L handvatten beschikken over lange barends, is er veel meer variatie mogelijk in je grip. Zeker op lange dagen, van zo’n zes tot acht uur fietsen, biedt dat veel meer comfort en afwisseling.

 

Pedalen

Op de STEEL RIDE 26 hebben we gebruik gemaakt van Shimano PD-A530 pedalen. Sportief, compact en met een makkelijk en herkenbaar kliksysteem. De pedalen van Tecora Luxe Trekking zijn wat robuuster. Ook hier klik je je fietsschoenen makkelijk in, maar fiets je op normale schoenen (wat nog wel eens voorkomt als je lang op reis bent, op bijvoorbeeld een rustdag of voor of na je etappe) dan zijn deze pedalen wat vriendelijker omdat ze een groter oppervlak hebben.

 

Zadel

Op het eerste moment van gebruik leek de Selle Bassano Nuvola, het zadel van de STEEL RIDE 28, een duidelijke winnaar. Het zit ontzettend comfortabel, je zakt er bijna een beetje in weg en je hebt een groot, breed zitoppervlak. Maar hoe langer we op de fiets zaten, hoe fijner we de Selle Italia S2 Gel Flow vonden, het zadel op de STEEL RIDE 26. Dit zadel is meer basic, smaller, en wat harder. En vooral dat laatste vonden we een groot voordeel, zeker als je lange stukken met een koersbroek rijdt. Het is een beetje het verschil tussen een hard en een zacht matras. Zacht lijkt op het eerste oog fijner, hard is op de lange termijn beter voor je lichaam.

 

Pompen

Beide fietsen werden geleverd met een eigen pomp, maar het was met name de Topeak Morph G die we onderweg hebben gebruikt. Deze compacte maar krachtige pomp gaat tot 11 bar, heeft een duidelijke drukmeter en, misschien wel het belangrijkste in gebruiksgemak: een opklapbare voetsteun en T-handvat. Dat helpt enorm. De Lezyne Pressure Drive is ook een prima pomp. Lichter en kleiner en gaat tot ruim 8 bar. Maar uiteindelijk hebben we die nauwelijks gebruikt, omdat we telkens een betere pomp bij ons hadden.

 

Bidonnen

Het leek ons vooraf een van de minder belangrijke onderdelen van de test, maar het tegenovergestelde bleek waar. Er zit een ontzettend groot verschil in plastic en alumium bidonnen. De plastic bidonnen van Snel zijn de bidonnen die we gewend zijn. Het drinkt makkelijk, en als je er in knijpt kun je snel veel water drinken. Maar, nieuw smaakt al je water naar plastic, en ze warmen snel op in de zon. Daarom gaat onze voorkeur absoluut uit naar de Elite Syssa Aluminium bidonnen. Hierin blijft water langer koel (zeker als je er ijs bij doet) en de smaak is vele malen beter. Het enige waar je even aan moet wennen, is de manier van drinken. Je kunt niet in de bidonnen knijpen en drinken gaat dan ook wat langzamer. Maar dat blijkt uiteindelijk nog een stuk beter voor je lichaam ook, in plaats van gulzig drinken.